Het resultaat aan de deelnemers laten zien
Standaard worden er geen resultaten getoond aan de deelnemers wanneer ze klaar zijn met hun opdracht.
Als auteur kunt u aangeven of u wel of niet direct na het voltooien van de de opdracht hun resultaat wilt tonen.
Ga als volgt te werk om het resultaat aan de deelnemers te tonen:
Ga naar Creatie > Opdrachten.
Resultaat: U ziet de lijst van uw opdrachten.Klik op de opdracht van uw keuze.
Resultaat: De tab Items wordt geopend.Open het tabblad Score en resultaat.
In de Na het beëindigen sectie:
Selecteer Toon de totale score en geef aan of de score als percentage of in punten moet worden weergegeven.
Selecteer optioneel Toon score per onderdeel.
Resultaat: Als de deelnemers hun opdracht beëindigen, zullen ze hun score zien in de pop-up Opdracht beëindigen.
Een resultaatgebaseerde eindboodschap tonen aan de deelnemer
Ga als volgt te werk om een resultaatgebaseerde eindboodschap te tonen aan de deelnemers:
Ga naar Creatie Opdrachten.
Resultaat: U ziet de lijst van uw opdrachten.Klik op de opdracht van uw keuze.
Resultaat: De tab Items wordt geopend.Open het tabblad Score en resultaat.
In de sectie Na het beëindigen:
Selecteer Eindeboodschap tonen.
Kies of de boodschap voor de deelnemers moet worden getoond op basis van het feit of de deelnemers geslaagd zijn voor de opdracht, of op basis van hun score.
Voer (de) eindboodschap(pen) in.
Opmerking: In de eindboodschap kunt u afbeeldingen, video's, of audiobestanden gebruiken om de boodschap aantrekkelijker te maken.
Resultaat: Als de deelnemers hun opdracht beëindigen, zullen ze deze boodschap zien in de pop-up Opdracht beëindigen.
Een bevestigingsmail naar de deelnemers sturen
Als auteur kunt u kiezen of de deelnemers een e-mail moeten ontvangen om te bevestigen dat ze een opdracht hebben voltooid.
Ga als volgt te werk om een bevestigingsmail naar de deelnemers te sturen:
Ga naar Creatie > Opdrachten.
Resultaat: U ziet de lijst van uw opdrachten.Klik op de opdracht van uw keuze.
Resultaat: De tab Items wordt geopend.Open het tabblad Score en resultaat.
In de Na het beëindigen sectie selecteert u Een bevestigingse-mail sturen naar de deelnemer wanneer deze de opdracht beëindigd heeft.
De vereiste score voor een opdracht instellen
Als auteur kunt u de vereiste score voor uw opdracht instellen. U kunt de vereiste score instellen:
enkel op opdrachtniveau
U stelt een vereiste score in voor de opdracht als u wilt dat uw deelnemers een vereiste score halen voor de volledige opdracht (onafhankelijk van hun score voor de verschillende onderdelen van uw opdracht).
voor elk onderdeel
U stelt een vereiste score in voor onderdelen als de deelnemers een bepaalde score moeten halen voor elk onderdeel in uw opdracht om te slagen.
zowel op opdracht- en onderdeelniveau
U stelt de vereiste score in voor zowel de opdracht als de onderdelen als u wilt dat de deelnemers voldoen aan de vereiste score voor alle onderdelen in uw opdracht en aan een hogere drempel op opdrachtniveau. Bijvoorbeeld ten minste 50% voor alle onderdelen en een vereiste score van 60% voor de hele opdracht.
Opmerkingen:
Het standaardniveau voor de vereiste score wordt bepaald door de beheerder van uw assessmentQ-omgeving. Als u wilt dat het standaardniveau wordt aangepast, gelieve contact op te nemen met uw beheerder. Meer informatie.
Indien nodig kunt u de vereiste score voor opdrachten met de status Live aanpassen. Voor meer informatie, zie Een opdracht aanpassen.
Het instellen van een vereiste score wordt niet ondersteund voor adaptieve opdrachten.
Ga als volgt te werk om de vereiste score voor uw opdracht in te stellen:
Ga naar Creatie > Opdrachten.
Resultaat: U ziet de lijst van uw opdrachten.Klik op de opdracht van uw keuze.
Resultaat: De tab Items wordt geopend.Open het tabblad Score en resultaat.
In de sectie Resultaat, klik op het tandwiel Vereiste score en selecteer de gewenste instelling voor de vereiste score.
Als u Op opdrachtniveau selecteert, stel dan de vereiste score in op het niveau van uw opdracht.
Voorbeeld:
Als u Voor elk onderdeel selecteert, stel dan de vereiste score in voor elk onderdeel in uw opdracht.
Voorbeeld:
Als u Vereiste score instellen op opdracht en onderdelen selecteert, stel dan de vereiste score in voor zowel uw opdracht als voor elk onderdeel in uw opdracht.
Voorbeeld:
Regels instellen voor kritieke items in een opdracht
Als auteur kunt u regels definiëren voor kritieke items in uw opdracht. Deze kritieke items moeten correct beantwoord worden opdat de deelnemer kan slagen voor de opdracht.
Opmerkingen:
Kritieke items is een bètafunctie. Deze is niet standaard ingeschakeld in uw assessmentQ-omgeving. Als u geen toegang heeft tot deze functie, neem dan contact op met uw assessmentQ-beheerder.
Meer informatie
Indien nodig kunt u de regels voor de kritieke items aanpassen voor opdrachten met de status Live. Voor meer informatie, zie Een opdracht aanpassen.
Ga als volgt te werk om de regels voor kritische items in uw opdracht in te stellen:
Ga naar Creatie > Opdrachten.
Resultaat: U ziet de lijst van uw opdrachten.Klik op de opdracht van uw keuze.
Resultaat: De tab Items wordt geopend.Open het tabblad Score en resultaat.
In de sectie Resultaat, klik op het editeer icoon in de kolom Kritieke items.
Resultaat: Het pop-upvenster Regels voor kritieke items wordt weergegeven.In het pop-upvenster Regels voor kritieke items:
Klik op het +-icoon om een regel toe te voegen.
Resultaat: Een lege regel wordt toegevoegd.Selecteer de metadatasleutel waarvoor u een regel wilt definiëren.
Resultaat: Er verschijnt een leeg veld voor de metadatawaarde.Selecteer de metadatawaarde.
Resultaat: In de kolom Aantal items ziet u hoeveel items in uw opdracht deze metadata hebben.Geef het maximale aantal items in dat een deelnemer fout mag beantwoorden om te slagen voor de opdracht.
Herhaal stap 5 totdat u alle benodigde regels heeft toegevoegd en klik op OK.
Resultaat: U keert terug naar het overzicht van de resultaatinstellingen. In de kolom Kritieke items ziet u het aantal regels dat u heeft toegevoegd.Deze regels worden toegepast bij de evaluatie van de sessies van de deelnemers en bepalen of de deelnemers slagen voor de opdracht of niet, ongeacht of zij de vereiste score hebben behaald.
De kritieke items worden weergegeven in de rapporten in de assessmentQ module Resultaten.
Indien de optie Vereisten om te slagen tonen geactiveerd is in de portaalinstellingen van de resultaten (meer informatie), zien de deelnemers in hun rapport dat hun opdracht kritieke items bevat, maar zij zien niet welke items kritisch zijn.
Het prestatieniveau voor een opdracht instellen
Als auteur kunt u ervoor kiezen om voorgedefinieerde prestatieniveaus te activeren voor uw opdracht.
U kunt een prestatieniveau instellen:
enkel op opdrachtniveau
U stelt een prestatieniveau op opdrachtniveau in als u een prestatieniveau aan de deelnemers wilt toekennen op basis van hun score voor de volledige opdracht(onafhankelijk van hun score voor de verschillende onderdelen van uw opdracht).
voor elk onderdeel
U stelt een prestatieniveau op de onderdelen in als u een prestatieniveau aan de deelnemers wilt toekennen voor elk onderdeel van uw opdracht.
op opdracht- en onderdeelniveau
U stelt een prestatieniveau in op de opdracht en op de onderdelen als u een prestatieniveau wilt toekennen aan de deelnemers voor zowel hun totaalscore op de opdracht als voor elk afzonderlijk onderdeel van de opdracht.
Opmerkingen:
Prestatieniveaus zijn een bètafunctionaliteit. Prestatieniveaus zijn niet standaard geactiveerd in uw assessmentQ-omgeving. Als u geen prestatieniveaus kunt instellen, gelieve uw assessmentQ-beheerder te contacteren. Meer informatie.
Prestatieniveaus worden gedefinieerd in sjablonen voor prestatieniveaus. De sjablonen voor prestatieniveaus worden aangemaakt en beheerd door de beheerder van uw assessmentQ-omgeving. Als u vragen of opmerkingen hebt over de koppeling tussen de score en de prestatieniveaus, gelieve uw assessmentQ-beheerder te contacteren. Meer informatie.
Indien nodig kunt u het prestatieniveau voor opdrachten met de status Live aanpassen. Voor meer informatie, zie Een opdracht aanpassen.
Prestatieniveaus kunnen niet ingesteld worden voor adaptieve opdrachten.
Ga als volgt te werk om het prestatieniveau voor uw opdracht in te stellen:
Ga naar Creatie > Opdrachten.
Resultaat: U ziet de lijst van uw opdrachten.Klik op de opdracht van uw keuze.
Resultaat: De tab Items wordt geopend.Open het tabblad Score en resultaat.
In de sectie Resultaat, klik op het tandwiel Sjabloon prestatieniveau en selecteer de gewenste instelling voor het prestatieniveau.
Opmerking: De standaardinstelling voor het prestatieniveau wordt bepaald door de beheerder van uw assessmentQ-omgeving. Als u wilt dat de standaardinstelling wordt aangepast, gelieve contact op te nemen met uw beheerder. Meer informatie.
Selecteer het gewenste sjabloon voor het prestatieniveau.
Tip: U kunt de instellingen van het sjabloon bekijken door op het weergave-icoon te klikken.
Resultaat: Het prestatieniveau zal worden weergegeven in de rapporten in de assessmentQ-modules Resultaten. Als het prestatieniveau geactiveerd is in de resultaatsinstellingen van het portaal (meer informatie), zal het prestatieniveau getoond worden aan de deelnmers via de rapportering op hun portaal.
Het inzagesjabloon voor een opdracht definiëren
De inzagesjabloon definieert wat de deelnemers te zien krijgen als ze hun opdracht nadien inkijken.
Als auteur kunt u het standaard inzagesjabloon gebruiken of u kunt de instellingen van het inzagesjabloon wijzigen voor uw opdracht. Deze wijzigingen hebben geen invloed op het standaard inzagesjabloon.
Ga als volgt te werk om de inzage-instellingen voor uw opdracht te wijzigen:
Ga naar Creatie > Opdrachten.
Resultaat: U ziet de lijst van uw opdrachten.Klik op de opdracht van uw keuze.
Resultaat: De tab Items wordt geopend.Open het tabblad Score en resultaat.
Scroll naar beneden naar de Inzage en klik op Instellingen wijzigen.
Wijzig de inzage-instellingen naar wens en klik op Opslaan.
Resultaat: Bij het inkijken van hun opdracht zullen de deelnemers de score, correctie en feedback zien, afhankelijk van de instellingen die u hebt gedefinieerd.
Opmerkingen:
Het standaard inzagesjabloon wordt ingesteld door de beheerder van uw assessmentQ omgeving. Als u de instellingen voor het inzagesjabloon niet kunt wijzigen of als u de standaardinstellingen voor het inzagesjabloon wilt wijzigen, neem dan contact op met uw beheerder. Meer informatie.
Als auteur kunt u enkel de instellingen van het inzagesjabloon voor uw opdracht definiëren. Om de inzage van uw opdracht in te plannen, heeft u de rol van een planner nodig. Meer informatie.